Aanvankelijk werd de speltheorie ontwikkeld door John von Neumann en Oskar Morgenstern in 1944.
Speltheorie is op vele gebieden toegepast, zoals economie, politiek en biologie.
Speltheorie bespreekt de strategieën en beslissingen die elke speler in een spel hebben genomen.
In de theorie van games is er het concept van Nash -evenwicht dat de situatie verklaart waarin elke speler de beste strategie voor zichzelf heeft gekozen.
Speltheorie kan ook worden gebruikt om het gedrag van consumenten en producenten op de markt te analyseren.
In pokerspellen kan speltheorie worden gebruikt om de kansen te schatten om van elke speler te winnen op basis van de kaart die hij heeft.
Speltheorie kan ook worden gebruikt om politieke beslissingen te analyseren, zoals presidentsverkiezingen of openbaar beleid.
In de theorie van games is er een spel met nul-som, wat betekent dat als de ene speler wint, een andere speler zal verliezen.
Speltheorie kan ook worden gebruikt om de relaties tussen landen in internationale betrekkingen te analyseren.
In de theorie van games is er het concept van gevangenendilemma dat de situatie beschrijft waarin twee mensen die elkaar niet kennen, moeten beslissen of ze samen moeten werken of niet.